Ontmoeten

Thema

Terug naar navigatie - Thema

Bibliotheek

Terug naar navigatie - Bibliotheek

Trends en uitdagingen

Dalende werkingsresultaten in Vlaanderen, stijging in Nazareth en De Pinte
Binnen de bibliotheeksector stelt men de laatste jaren een dalende trend vast van het aantal leners, uitleningen, bezoekers … . De eigen cijfers tonen voor zowel De Pinte als Nazareth echter een stijging aan. In 2023 steeg het aantal actieve bibkaarten in Nazareth met 15%, in De Pinte met 8%. Het aantal nieuwe kaarten steeg respectievelijk met 35% en 17%. Ook het aantal ontleningen steeg. In De Pinte met 8,5%, in Nazareth met 32%. 

De dalende uitleen van cd’s en dvd’s is een trend die zich ook manifesteert binnen de lokale bibsector. 


Regiowerking
Vanuit Vlaanderen is er een sterke ‘duw’ om binnen de regio samen te werken. In de schoot van Cultuurregio Leie-Schelde versterkten de bibliotheken binnen deze regio hun samenwerking met de vorming van ‘De Regiobib Leie Schelde', een nauwe samenwerking tussen de bibliotheken Deinze, De Pinte, Gavere, Kruisem, Nazareth, Sint-Martens-Latem, Zulte en Zwalm. Sinds 1 januari 2020 ontvangt de Cultuurregio Leie Schelde werkingsmiddelen ter ondersteuning van deze bovenlokale cultuurwerking. Sinds 2024 engageert Regiobib Leie Schelde zich voor een samenwerking groep 3B. Dit betekent één gemeenschappelijk reglement met zelfde uitleenvoorwaarden en tarieven én met transport.  Concreet betekent dit dat een lener uitgeleende, ingeleverde of gereserveerde materialen kan ophalen in alle bibliotheken van de samenwerking via een intern transportsysteem.


Open Bib
De implementatie van Open bib is in het werkveld volop aan de gang, ook in 2024 schakelen aan groot aantal bibliotheken over naar dit concept. Een ‘Open Bib’ kent verschillende variaties in aanpak, in functie van de bestaande infrastructuur en de vrijheid/verantwoordelijkheid t.a.v. de burgers Een ‘Open Bib’ is toegankelijk voor de gebruikers zonder dat er medewerkers aanwezig zijn. Leden hebben toegang tot de bibliotheek met hun eID. Tijdens de onbemande openingsuren biedt de bib dezelfde dienstverlening aan als tijdens de bemande openingsuren. Leners kunnen materialen lenen en terugbrengen, betalingen uitvoeren, opzoeken in de catalogus, reservaties ophalen...  zonder tussenkomst van medewerkers. Het gebouw is hierop volledig afgestemd met alarm, camera’s en centraal aangestuurde verwarming, verluchting en verlichting.


De bib als ‘Derde Plek’
De bib is voor heel veel inwoners een toegankelijke plaats waar ze zich thuis en welkom voelen
Het stijgend aantal activiteiten en de deelnemers aan de activiteiten toont aan dat de bib een ontmoetingsplek is, een plek waar iedereen kan samenkomen om van cultuur te genieten, om samen dingen te creëren (co-creatie), van gedachten te wisselen of gewoon te luisteren naar verhalen, poëzie en muziek. De bib is meer dan ooit een plek waar mensen ‘verbinding’ vinden met elkaar en met elkaar connecteren, zowel tijdens georganiseerde als informele momenten.

 

De boetevrije bib
Een recent concept is de introductie van een boetevrije of drempelvrije bib.  Door boetes af te schaffen leggen de bibliotheken meer de nadruk op een kwalitatief bezoek waarin de bezoekers geen drempels meer ervaren, zo maken lokale besturen de toegang tot de bib voor iedereen eenvoudiger.  Dit is vooral belangrijk voor de meer kwetsbare doelgroepen, voor wie een bibliotheekbezoek al niet vanzelfsprekend is. De bib stuurt op een klantvriendelijke manier het gedrag van de leners bij en maant hen op een positieve, klantvriendelijke manier aan om geleende materialen terug te brengen.  Dit via herinneringsberichten, inleverberichten en gerichte communicatie. 

Dit resulteert in een unieke vernieuwing waardoor medewerkers zich nog meer kunnen focussen op de kwaliteit en de beleving voor alle doelgroepen. Onderzoek wijst ook een drempelvrij systeem ook meer uitnodigt tot lezen.


Digitalisering en e-inclusie
Digitale inclusie is een transversaal thema dat alle beleidsdomeinen van een lokaal bestuur raakt. Daarom moeten de verschillende beleidsdomeinen betrokken zijn bij het uitwerken van het digitale-inclusiebeleid en mee zijn in het verhaal.
De bib volgt reeds jaren de digitalisering op de voet en zet zich ook in om een werking rond e-inclusie uit te bouwen. Blijvende aandacht hiervoor is een prioritaire opdracht, zeker voor de meer kwetsbare doelgroepen. 

Leesbevordering
Leesachterstand en ontlezing is een trend die vooral bij kinderen en jongeren de laatste jaren de kop opsteekt. De bib moet hierop inspelen en hierin een prioritaire rol opnemen. 

Taalinclusie
Taalondersteuning en taalontwikkeling betekent een meerwaarde voor anderstaligen. De basiswerking rond taalinclusie is reeds ruim aanwezig maar kan nog verbreden en verdiepen door co-creatie met de doelgroep.

Infrastructuur
De rollen van de bib zijn de jaren enorm toegenomen en gewijzigd. De trend en uitdaging voor de toekomst is om hierop inspelen met een meer polyvalente en flexibelere infrastructuur en inrichting waarin verschillende rollen aandacht krijgen. Het vierruimtenmodel (Four Spaces) van Jochumsen, Skot-Hansen, & Hvenegaar stelt dat iedereen zich thuis moet kunnen voelen. Dit moet zich doortrekken in alle aspecten: naast de collectie zelf straalt de bibliotheek een expressie van creativiteit uit (met workshops, muziek, laserprinters, voorleesactiviteiten, …). Bij dit concept staat de gebruiker meer dan ooit centraal: én als inspiratie én als motor achter elke vernieuwende realisatie. De verschillende ruimtes geven een verschillend gevoel.

  • De Inspiratieruimte nodigt uit tot prikkelen
  • De ontmoetingsruimte nodigt uit tot deelnemen;
  • De leeromgeving nodigt uit tot op ontdekking gaan;
  • De performatieve ruimte nodigt uit tot creëren.

Het opwarmen van het klimaat vereist klimaatrobuuste gebouwen waarin het aangenaam vertoeven en werken is.

Wat betekent dit voor Nazareth-De Pinte?

Open bib
De vele nieuwe inschrijvingen -en herinschrijvingen, de grote stijging van het aantal leners, de uitleencijfers en de bezoekersaantallen tonen aan dat de Open Bib een sterk verhaal is in Nazareth. Het initiatief werd omarmd door de inwoners. 25.703 (of 52%) bezoekers komen tijdens de onbemande openingsuren.
De implementatie van een Open Bib in De Pinte kan een grote meerwaarde betekenen voor alle inwoners van het nieuwe werkgebied.

De bib als ‘Derde Plek’
Via de bib actief inzetten op activiteiten voor diverse doelgroepen in functie van cultuur, ontmoeting en verbinding blijft een basisopdracht voor Nazareth-De Pinte. 
We nemen onze rol van Bib als Derde plek nu reeds op en zetten verder in op verdieping en verbreding van deze rol.

De boetevrije bib
De drempelvrije bib past binnen het meerjarenplan 2026-2032 van Regiobib Leie-Schelde. De uitrolling van dit concept kan enkel maar bijdragen tot het positief imago van de bibliotheken en lokale besturen binnen de regio.
Ervaringsuitwisseling en onderzoek naar good practices is hiervoor al een eerste belangrijke stap. 
Voor de implementatie hiervan kan de expertise van Regiobib Meetjesland een grote meerwaarde zijn. 

Vergrijzing van de bevolking
Blijvende aandacht voor de vergrijzing blijft een belangrijk onderdeel van de werking, zowel in de collectie als in de werking. De ‘actieve’ senioren maken gebruik van de bib, maar de meer kwetsbare senioren vinden moeilijker de weg naar de bib. Een dienstverlening voor deze doelgroep is een meerwaarde voor de inwoners van Nazareth- De Pinte.

Muziek- en filmbeleving in de bib
De bib kan inspelen op de dalende uitleencijfers van CD’s en DVD’s  door een vernieuwd digitaal aanbod aan te bieden, bv. streaming.

Bib als volwaardige partner binnen cluster ‘ontmoeten’
De bib is geen eiland op zich.  Er zijn reeds jaren duurzame samenwerkingen met diverse partners: scholen, andere gemeentelijke diensten, externe partners, cultuurregio. De publiekswerking is een prioritair onderdeel van de bib als ‘Derde Plek’, waarbij formele en informele ontmoeting en beleving centraal staan.
Dit vraagt bij lokale besturen en hun medewerkers om een brede blik en andere vaardigheden.

Hoe dragen we bij aan de realisatie van de SDG's?

De bibliotheek draagt bij aan volgende SDG's:

  • Gendergelijkheid: (SDG 5): inclusie in de bib, iedereen is welkom
  • Goede gezondheid en welzijn (SDG 3) : belang van een fijne leefomgeving: de bib als Derde plek, Open Bib
  • Ongelijkheid verminderen (SDG 10): diedereen welkom in Bib en Open Bib: geen onnodige restricties of voorwaarden tot toegang, e-inclusie
  • Duurzame steden en gemeenschappen (SDG 11): duurzame invulling van bib als Derde Plek
  • Vrede, veiligheid en sterke publieke diensten (SDG 16): Open Bib = publieke toegang tot informatie
  • Partnerschap om doelstellingen te bereiken (SDG 17): samenwerking in regiobib, met andere gemeentelijke diensten, met externe partners, co-creatie met bibgebruikers, …
    Leesbevorderingsacties dragen bij tot de invulling van het label ‘Kindvriendelijke gemeente’. 

Cijfers

Cultuur

Terug naar navigatie - Cultuur

Trends en uitdagingen

Vergrijzing van de ledenverenigingen 

Doordat de babyboomgeneratie hun pensioenleeftijd bereikt en de gemiddelde levensverwachting toeneemt, neemt het aandeel van ouderen in de Belgische bevolking toe. Vergrijzing is de komende jaren een grote uitdaging doordat het onder andere het traditionele verenigingsleven onder druk zet. We merken een sterke veroudering binnen de socio-culturele verenigingen. Zowel binnen het bestuur als binnen het bereik.  

Infrastructuur 

Infrastructuur is verouderd en de keuze voor polyvalent gebruik is niet geschikt voor de nieuwe uitdagingen die zich stellen. Trends als tijdelijk gebruik, delen of niet delen van ruimte vragen zowel vanuit de beheerders als de gebruikers een andere manier van organisatie en bieden tegelijk nieuwe kansen. Oudere infrastructuur moet klimaatrobuust worden voor toekomstige regelgeving. Renovatie of nieuwbouw vergt investeringen in werking en personeel. 

Digitalisering  

De toenemende roep om efficiëntie en participatie verplaatst zich naar online omgevingen en digitale kanalen. Ook binnen de culturele sector worden afspraken in de dienstverlening digitaal gemaakt zoals zaalverhuur, ticketverkoop, uitleendienst, .... Voor een groot deel van de bevolking is dit efficiënt, maar er moet rekening gehouden worden met de digitale kloof. Digitalisering biedt ook kansen, zoals livestreaming in rusthuizen.  

Superdiversiteit  

Superdiversiteit omschrijft het fenomeen dat de diversiteit in onze samenleving steeds meer divers wordt en waarbij mensen zichzelf ook vaak in meerdere groepen of identiteiten herkennen. Dit weerspiegelt het aanbod, de programmatie, het publiek, de samenstelling van de cultuurraad, …  Iedereen, lid van een vereniging of ongebonden inwoners, moet de kans krijgen om aan kunsten, cultuur, erfgoed in de gemeente deel te nemen. 

Meedoen aan cultuur is niet altijd een kwestie van centen. Een kansenpas zoals de UiTPAS verlaagt de financiële drempel, maar dit betekent nog niet dat iedereen zich welkom voelt in het cultuurhuis of het gemeenschapscentrum. De lokale netwerken vrijetijdsparticipatie begeleiden en ondersteunen mensen uit kansengroepen om de stap naar een voorstelling of naar het uitlenen van een boek te zetten. 

Wat betekent dit voor Nazareth-De Pinte?

Vergrijzing

De vergrijzing van ledenverenigingen brengt verschillende uitdagingen met zich mee. Een belangrijke uitdaging is het behoud van relevantie en aantrekkelijkheid voor jongere generaties. Ledenverenigingen moeten zich aanpassen aan de veranderende behoeften en interesses van een diverser ledenbestand.  

Infrastructuur

Verouderde gebouwen en faciliteiten kunnen niet voldoen aan de hedendaagse behoeften van culturele instellingen en het publiek. Ze missen mogelijkheden voor technologische integratie, zijn niet geschikt voor moderne productie- en presentatiemethoden, en voldoen vaak niet aan de eisen op het gebied van toegankelijkheid en duurzaamheid. Verouderde infrastructuur brengt financiële uitdagingen met zich mee. Renovatie of vervanging van verouderde faciliteiten vereist aanzienlijke investeringen. Het vinden van evenwicht tussen het behoud van cultureel erfgoed en de noodzaak om te investeren in moderne en functionele infrastructuur is een cruciale uitdaging voor culturele organisaties en beleidsmakers. 

Digitalisering

Een van de belangrijkste uitdagingen is het vinden van een evenwicht tussen de voordelen van digitalisering en de mogelijke nadelen, zoals de impact op verenigingen en de privacy en beveiliging van data. Een andere uitdaging is het waarborgen van inclusiviteit en gelijke toegang tot (digitale) cultuur. Niet iedereen heeft evenveel toegang tot digitale technologieën of beschikt over de nodige digitale vaardigheden.  

Superdiversiteit

De uitdaging ligt voornamelijk in het begrijpen en omarmen van de diverse culturele achtergronden, identiteiten en perspectieven binnen de samenleving. Een van de uitdagingen is het creëren van inclusieve culturele ruimtes en programma's die de diversiteit van de samenleving weerspiegelen en alle groepen aanspreken. Dit vereist een inspanning om culturele representatie en diversiteit te bevorderen in artistieke producties en andere culturele activiteiten. Het omgaan met superdiversiteit vereist een openheid voor het leren van en communiceren met mensen uit verschillende culturele achtergronden. Dit kan het aanpassen van communicatiestrategieën, het ontwikkelen van interculturele competenties en het bevorderen van wederzijds respect en begrip omvatten. 

Hoe dragen we bij aan de realisatie van de SDG's?

Cultuur en erfgoed bieden heel wat mogelijkheden om bij te dragen aan de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen (SDG’s) van de Verenigde Naties. Twee van deze 17 doelstellingen verwijzen expliciet naar cultuur, via aandacht voor de bescherming van cultuur en natuurlijk erfgoed (SDG 11) en cultuur- en wereldburgerschapseducatie (SDG 4). Via een duurzaam gebruik en onderhoud van de infrastructuur, het aankaarten van diverse maatschappelijke thema’s en aandacht voor inclusie raken cultuur en erfgoed echter aan alle 17 SDG’s. 

Cijfers

Bewegen en sport

Terug naar navigatie - Bewegen en sport

Trends en uitdagingen

EU Werkplan voor Sport 2024-2027
Het EU Werkplan voor Sport 2024-2027 is een beleidsplan opgesteld door de Europese Unie om de sportsector in de lidstaten te promoten en te ontwikkelen.  Het Werkplan bouwt voort op het vorige plan (2021-2024) en introduceert nieuwe elementen om aan te sluiten bij hedendaagse uitdagingen in de sport, zoals:

  • Toenemende commercialisering van sport
  • Duurzaamheid
  • De link tussen fysieke en mentale gezondheid

Het Werkplan focust op drie prioritaire gebieden:

Integriteit en waarden in sport: Dit omvat onder andere de bestrijding van doping, matchfixing en corruptie, en de promotie van eerlijk spel en inclusie.

  • Veilig sportklimaat (Preventie van intimidatie, misbruik en geweld, inclusief seksueel geweld en elke vorm van discriminatie)
  • Antidoping
  • Inclusief, gendergelijkheid en diversiteit
  • Educatie, softskills ontwikkeling, persoonlijke ontwikkeling van het individu, coaches, bestuursleden, goed bestuur in sport.

Sociaal-economische en duurzame dimensies van sport: Hierbij ligt de focus op het gebruik van sport om sociale inclusie, gelijke kansen en economische ontwikkeling te bevorderen, met aandacht voor duurzame praktijken in de sportsector.

  • Innovatie (technologisch en sociaal)
  • Digitalisering (administratie ondersteuning sportverenigingen, E-games, Virtual Reality & sport)
  • Inzetten op duurzame sportinfrastructuur (en toegankelijkheid), ondersteuning van sportclubs, sportevenementen, energie efficiëntie …
  • Kennisdeling inzake EU-subsidiëring voor sport op domeinen gezondheid, innovatie, infrastructuur en onderwijs. Dat laatste ook specifiek leermobiliteit in sport.
  • Jongerenbeleid en sport, SROI van sport, sociale meerwaarde, de waarde van sport, sport als middel

Deelname aan sport en gezondheidsbevorderende lichamelijke activiteit: Dit omvat initiatieven om het voor mensen aantrekkelijker te maken om te sporten en te bewegen, ongeacht hun leeftijd, achtergrond of capaciteiten.

  • activatie = sportpromotie visienota SportVlaanderen 2030
  • inzetten op geestelijke gezondheid en welzijn in sport (~ ouderen en jongerenbeleid)

 

De strategische visienota sportpromotie 2030 - Sport Vlaanderen
Sport Vlaanderen wil zoveel mogelijk Vlamingen tot sporten en bewegen aanzetten. Niet eenmalig, maar voorgoed. Dat begint bij een mentaliteitswijziging en eindigt in een levenspatroon. Deze ambities werden vertaalt in een strategische visienota die het vizier op 2030 richt. 

Acht bouwstenen staan op de voorgrond. Ze zijn op te splitsen in enerzijds product- en dienstgebonden waarden en anderzijds meer procesmatige waarden. Samen zullen ze er mee voor zorgen dat Sport Vlaanderen als organisatie nog effectiever en efficiënter worden, dat ze de juiste dingen doen en de dingen juist doen.

Product- en dienstgebonden

  • Sport en beweging: ook laagdrempelig bewegen wordt een belangrijk onderdeel van het beleid wordt.
  • Duurzame participatie: mensen met een regelmatig karakter tot bewegen en sporten aan te zetten. Dit impliceert ook dat we kwaliteitsvol en op een gezond verantwoorde manier willen optreden. We beogen niet alleen tijdelijke, eenmalige effecten, maar investeren in voor- en natrajecten en betrekken daarbij de sportclubs.
  • Alle inwoners: Sport Vlaanderen wil iederéén tot sporten en bewegen aanzetten, ongeacht leeftijd, achtergrond, levenskeuzes, motivatie, capaciteit of gelegenheid. Een inclusief beleid dus dat intensiever is naar kwetsbare doelgroepen,  streven naar gelijkwaardigheid (equity) in plaats van gelijkheid (equality).
  • Impact door kennis: Tijd voor onderbouwde dossiers

Procesmatige waarden

  • Open netwerkorganisatie: optimaal samenwerken met (publieke en private) partners
  • Doen doen: complementair werken op wat reeds gebeurt
  • Bottom-up en wendbaar: stakeholders van bij de start betrekken
  • Voorloper en innovator: inzetten op innovatie

Enkele trends

  • Geen 10% van de 6 tot 17-jarigen beweegt voldoende
  • Slechts 35% van de volwassenen haalt de beweegaanbeveling voor volwassenen
  • 36% van de volwassenen is volledig sportinactief
  • Goed 70% van de kinderen en jongeren sport wekelijks
  • Sportparticipatie daalt drastisch bij de overstap naar de middelbare school (van 76% naar 34,4%) vnl. bij meisjes
  • Dropout op 14-16 jaar blijft een probleem
  • De georganiseerde sport groeit en blijft de beste voorspeller voor duurzaam, kwaliteitsvol en levenslang sport- en beweeggedrag
  • Niet- of lichtgeorganiseerde sportbeoefening wint aan belang bij volwassenen. Vooral solo, maar ook in duo, team of via club. Sport wordt een persoonlijke vrijetijdsbesteding, los van de club (denk aan whatsappgroepjes, start-to-runs, grote sportevents waar mensen loop-, wandel-, of fietstenue aantrekken).
  • Hoge sportparticipatie in lockdown, te wijten aan extra tijd in combinatie met aandacht voor fitheid en gezondheid. Tijdsgebrek is het  grootste obstakel in sportparticipatie
  • Laagdrempelige activiteiten = duurzaamste activiteiten (wandelen, lopen, fietsen)
     

Wat betekent dit voor Nazareth-De Pinte?

Netwerk Lokaal sportbeleid
Het ‘Netwerk Lokaal sportbeleid’ definieerde vijf bouwstenen voor een sterk lokaal sportbeleid. De bouwstenen sluiten aan bij bestuurlijke, maatschappelijke en sportieve tendensen en kunnen de basis vormen voor het lokaal sportbeleid in Nazareth-De Pinte. 

Sportinfrastructuur, sportieve ruimte en zwemwater

De basis van een sterk lokaal sportbeleid is een gedragen infrastructuurbeleid, met een divers, maar gericht infrastructuurbeleid op maat van de burgers. Voldoende ruimte voorzien waar zowel gebonden als ongebonden sporters kunnen sporten en bewegen is een kerntaak van elk lokaal bestuur.

  • Multi-inzetbaar, Gedeeld en domeinoverschrijdend, Duurzaam en klimaatneutraal bouwen, toegankelijk, Energiezuinige en efficiënte exploitatie
  • Monitoring van luchtkwaliteit
  • Ruimte in wijken en buurten, bewegen tot bij de burger brengen – active design Gekoppeld aan sociale cohesie
  • Zwemmen /open zwemwater toegankelijker maken 

Brede verenigingsondersteuning 
Verenigingen zijn binnen een gemeente een essentieel onderdeel van het lokaal sportbeleid. Basisondersteuning en erkenning van verenigingen zijn een evidente pijler. Elke vereniging heeft een eigen identiteit en de vrijheid om binnen deze uitdagingen zijn sportieve en/of sociale doelstellingen te formuleren en op die manier zijn bijdrage te leveren aan het (boven)lokaal sportbeleid. 

  • Professionalisering van sportclub bestuurders en coaches, sportclubs sportclubs laten zijn, autonomie van de sport.

Sportstimulering voor iedereen

 Iedereen met plezier aan het sporten en bewegen krijgen en dat een leven lang zo houden is de algemene uitdaging van elk lokaal sportbeleid. Zet in op kansengroepen, beleving, innovatie en topsport om zoveel mogelijk (niet) sporters te (her)activeren..

  • Sportstimulering en beleving, innovatie en kansengroepen (inclusie door alle drempels te verlagen waar nodig) (zie ook het BOA-decreet, meer uitleg onder het thema 'Kinderen en onderwijs)
  • Topsport als middel; uithangbord voor events, rolmodellen, etc.

Co-creatie en burgerparticipatieDe (traditionele) adviesorganen vormen een uitdaging. Nog steeds vormen adviesraden een sterke link met het veld en kan goede adviesvorming absoluut een meerwaarde bieden voor het lokale sportbeleid. Een representatieve vertegenwoordiging van het lokale sportveld is daarin essentieel. Om het bereik en de efficiëntie van de advieswinning te verhogen, is eigentijdse participatie via alternatieve werkvormen belangrijk om gericht toe te werken naar een efficiënt beleid of beleidsadvies.

(Boven)lokale samenwerking

 

Samengevat: aandachtspunten voor de nieuwe fusie-gemeente: 

  • Aanbod op maat van elke doelgroep:
    • Kinderen en jongeren : Sporten op jonge leeftijd geeft meer kans op levenslang bewegen, dus daar zeker op inzetten (lokaal en goed omkaderd)
    • Volwassenen: Druk leven bij volwassenen: sport- en beweegprikkels binnen brengen in het dagelijks leven
    • Ouderen: inzetten op active ageing
    • Kansengroepen: socussen op sportkansengroepen, drempels verlagen
    • G-sport
  • Ruimte voor sport
    • Voor elke club
    • Voor elke wijk: nzetten op buurtsport/beweeg-pleintjes
    • Faciliteren van ongebonden sporters: ondersteunen van niet-georganiseerd sporten en lichte gemeenschappen (via infrastructuur of eigen beweeg- en sportpromotie)
  • Sterke ondersteuning van sportclubs, zodat ze zich kunnen focussen op hun kerntaak: planlastvermindering creëren
  • Betrekken van burgers door co-creatie
  • De samenwerking  met de eerstelijnszone en Logo Gezond verderzetten, onder meer door deelname aan  'Bewegen op verwijzing' en promoten we een gezonde levensstijl

Hoe dragen we bij aan de realisatie van de SDG's?

Via sport en beweging kunnen we bijdragen aan volgende SDG's:

  • Goede gezondheid en welzijn (SDG 3): verzeker een goede gezondheid en promoot welzijn voor alle leeftijden.
  • Kwaliteitsonderwijs (SDG 4): sporten en beweging maken een essentieel onderdeel uit van opvoeding en ondefwijs
  • Gendergelijkheid (SDG 5): we zijn toegankelijk voor iedereen
  • Ongelijkheid verminderen (SDG 10): we maken de drempels om te sporten en te bewegen zo laag mogelijk, voor alle doelgroepen
  • Partnerschap om doelstellingen te bereiken (SDG 17): samenwerken met anderen om zoveel mogelijk mensen aan het bewegen te krijgen.

Cijfers

Bronnen

Terug naar navigatie - Bronnen

EU Work plan for Sport 2024 2027 (raad van Europa)
Bouwstenen voor een sterk lokaal sportbeleid” - Netwerk lokaal sportbeleid
De strategische visienota sportpromotie 2030” - Sport Vlaanderen